Hoe werken onze hersenen?

Hoe we denken, voelen en ons gedragen, wordt bepaald door de werking van de hersenen. Psychologie als wetenschap bestudeert het gedrag van de mens en wat er aan dat gedrag (mentale processen) vooraf gaat. Om meer te kunnen begrijpen van de menselijke gevoelens, gedachten en gedragingen, moeten we ons o.a. focussen op de werking van de hersenen.

Neurologie is een recente wetenschap en hoewel we al kennis hebben van een aantal zaken, zijn er elk jaar nog nieuwe dingen die we ontdekken.

hersenen

De ontwikkeling van de hersenen vanaf de bevruchting

Ons verhaal over de werking van de hersenen start al van voor de geboorte. Ongeveer een drietal weken na de bevruchting ontstaat bij de embryo een neurale plaat. In deze neurale plaat wordt er een groef gevormd die steeds dieper wordt. Op een gegeven moment, rond dag 21 sluit deze groef als een ritssluiting van achteren naar voren. Op dit moment ontstaat er een buis. Op dag 23 na de bevruchting, als de buis zich sluit, ontstaan er blaasjes aan de kant waar de hersenen komen. De buis onder de blaasjes wordt het ruggenmerg.

Omtrent 11 weken na de bevruchting groeit het voorste blaasje uit tot de grote hersenen. Na 16 weken is de eerste groef te zien. Na 13 weken is de hersenstam klaar. De kleine hersenen geraken geplooid.

Na negen maande, op het einde van de zwangerschap, hebben de hersenen hun vorm gekregen. Tot de laatste weken gebeuren er nog enorme ontwikkelingen op gebied van de hersenen. Het patroon van plooien (gyri en sulci) is zo goed als compleet. De grote hersenen zijn over de kleine hersenen en de hersenstam heen gevouwen.

Een baby wordt geboren met 125 miljard neuronen bij de geboorte. Op de leeftijd van 12 jaar heeft een kind nog maar 100 miljard neuronen. Dit proces heet corticaal snoeien (cortical pruning). Een groot deel van onze neuronen gaat al op jonge leeftijd verloren. Wat overbodig is, gaat eruit. Om deze reden wordt er aangeraden om al vanaf jonge leeftijd in te zetten bij kinderen op het stimuleren van de hersenen.

Bij de geboorte van de baby wegen de hersenen ongeveer 350 gram. De eerste maanden verdubbelt de hersenmassa van de baby. Alle neuronen zijn dan al aanwezig, maar er komen cellen bij die bijdragen aan de ontwikkeling van de neuronen.
De zenuwcellen krijgen uitlopers en worden voorzien van een myelineschede. De myelineschede zorgt voor isolatie van de zenuwcellen: deze isolatielaag zal ervoor zorgen dat informatieoverdracht sneller verloopt.

De myelinisatie van de hersenen gaat nog door tot de leeftijd van 25 jaar en de prefrontale cortex die belangrijk is bij het logisch redenen en bij het maken van beslissingen, is als een van de laatste aan de beurt. Dit zou voor deel kunnen verklaren waarom we in de puberteit vaker impulsieve beslissingen nemen.

Rond de leeftijd van 25 jaar zijn de hersenen volgroeid. Op volwassen leeftijd kunnen hersenen tot 1.5kg wegen. Een volwassen persoon heeft ongeveer 80 tot 100 miljard zenuwcellen of neuronen. Iedere neuron kan tot 5.000 verbindingen met andere neuronen maken.

Dat de hersenen volgroeid zijn, betekent niet dat ze nooit meer kunnen veranderen. Waar men er vroeger van uitging dat wanneer er hersencellen afsterven, deze voor altijd verloren zijn, vindt men momenteel steeds meer evidentie voor neuroplasticiteit. Zelfs op latere leeftijd kunnen er nog nieuwe zenuwcellen bijkomen.
Volgens de cliëntgerichte therapie heeft elke mens nood om te streven naar zelfontwikkeling. De mens wordt gezien als een uniek, zelfstandig individu dat zelf keuzes kan maken en niet als een hulpeloos passief wezen dat onderworpen is aan zijn driften. Het individu streeft naar zelfontwikkeling en congruentie, hiervoor is er onvoorwaardelijke acceptatie nodig vanuit de omgeving.

Mentale problemen ontstaan als het individu het contact met zichzelf verliest: vanuit de omgeving worden er bepaalde verwachtingen gesteld die niet congruent zijn met wat de cliënt wil voor zichzelf.

Rogers stelt dat er in therapie een veilig klimaat gecreëerd moet worden door als therapeut echtheid, empathie & onvoorwaardelijk acceptatie naar voor moet dragen (grondhouding). Hierdoor zal de cliënt stilaan tot congruentie komen waardoor groei en persoonlijke ontwikkeling verder gezet kan worden.

gelukkige mensen uit verschillende culturen

De anatomie van de hersenen

De structuur van een neuron

Een neuron bestaat heeft een soma (lichaam), een nucleus (kern), dendrieten, axonen, myelineschede, Schwannse cellen en knopen van Ranvier. De overdracht van informatie binnen een neuron verloopt elektrisch, de communicatie tussen verschillende neuronen verloopt chemisch via het overbrengen van neurotransmitters in de synaptische spleet.

neurotransmitters

Hersenonderdelen en functies:


Astrocyt:

• Een astrocyt is een stervormige gliacel in het centraal zenuwstelsel. Ze liggen tussen bloedvaten en neuronen.
• Astrocyten zorgen voor vernauwing of verwijding van de haarvaten.
• Ze hebben contact met vele neuronen en haarvaten, via transmitters.

Myelineschede:

• De myelineschede is een isolerend omhulsel dat zorgt voor een snelle communicatie tussen 2 neuronen.

Microglia:

• Microglia zijn verantwoordelijk voor het opruimen van celresten na ontsteking of beroerte

Axonen:

• Axonen zijn verantwoordelijk voor informatie-overdracht. Ze worden beschermd door de myelineschede.

Oligodendrocieten:

• Oligodendrocieten zijn gliacellen en zijn verantwoordelijk voor het myeliniseren van de axonen in het centrale zenuwstelsel.

Schwannse cellen:

• Schwannse cellen of cellen van Schwann zijn gliacellen die elks één segment vormen van de myelineschede.
• Tussen elk segment vindt men de knopen van Ranvier.

Knopen van Ranvier:

• Knopen van Ranvier zijn onderbrekingen in de myelinescheden rond een acon.

Synaptische spleet:

• Neuronen staan niet rechtstreeks met elkaar in verbinding. De communicatie tussen verschillende neuronen loopt via neurotransmitters. De verschillende neurotransmitters zijn: serotonine, dopamine, noradrenaline.


neurotransmitters

De hersenkwabben:

Als we de hersenen anatomisch bekijken, kunnen we 4 hersenkwabben onderscheiden. Aan elke kwab kunnen we bepaalde functies koppelen.

De frontale kwab is verantwoordelijke voor de executieve functies en het logisch redeneervermogen. De prefrontale kwab of cortex zorgt o.a. voor plannen, abstract denken en het flexibel wisselen tussen complexe taken.

De pariëtale kwab zorgt o.a. voor het registreren en interpreten van lichamelijke sensaties zoals pijn, temperatuur of het voelen.

De temporale kwab zorgt voor het onthouden en herkennen van mensen en voorwerpen en het terughalen van herinneringen.

De occipitale kwab houdt zich bezig met het gezichtsvermogen en het interpreteren van visuele beelden.

hersenkwabben

De kleine hersenen

De kleine hersenen, ook wel het cerebellum genoemd, ligt achteraan onder de grote hersenen. Ze hebben net zoals de grote hersenen veel plooien. Ze spelen een rol bij beweging en evenwicht.


neurotransmitters

De hemisferen en het corpus callosum


De hersenen hebben een linkerhemisfeer (linkerhersenhelft) en een rechterhemisfeer (rechterhersenhelft). Het corpus callosum zorgt voor de verbinding tussen beide hersenhelften.

Vroeger werd er gedacht dat het corpus callosum weinig functionaliteit had. Bij hevige epilepsie werd het corpus callosum soms verwijdert. Dit zorgt ervoor dat de twee hersenhelften niet met elkaar kunnen communiceren. Naast het verbinden van de linker en rechterhemisfeer, heeft het corpus callosum ook een rol in het verwerken van complexe taken.

kleine hersenen

De binnenhersenen

Als we de hersenen bekijken vanaf de binnenkant, zijn er een aantal gebieden die we kunnen onderscheiden. Hieronder een overzicht met elks hun functionaliteit.

Hippocampus: De hippocampus staat in voor het langetermijngeheugen en zorg ervoor dat nieuwe herinneringen of gebeurtenissen hier opgeslagen worden. Men stelt dat de hippocampus voornamelijk verantwoordelijk is voor het expliciete en declaratieve geheugen.

Amygdala: De amygdala geeft een emotionele betekenis aan gebeurtenissen of stimuli. Stimuli die de amygdala als “gevaarlijk” bestempeld zorgen ervoor dat je angstig reageert.

Hypothalamus: De hypothalamus zorgt voor homeostase, autonome lichaamsprocessen, de regulering van het autonoom zenuwstelsel, het limbisch systeem en het hormonaal stelsel.

Thalamus: De thalamus is verantwoordelijk voor het interpreteren en doorsturen van sensorische input vanuit de verschillende zintuigen.

kleine hersenen

De taalgebieden in de hersenen: Broca en Wernicke

Broca: Het gebied van Broca is verantwoordelijk voor spraak en grammatica van de taal

Wernicke: Het gebied van Wernicke is verantwoordelijk voor taalbegrip en begrijpen van taal.

Afasie

Afasie is een letsel aan de linkerhemisfeer dat gepaard gaat met spraakproblemen. Afhankelijk van de lokalisatie van het letsel zijn er andere problemen met taalbegrip en taalproductie.

Bij afasie van Broca heeft de patiënt vooral problemen met spreken en vormen van woorden. Woorden en werkwoorden worden met moeite teruggevonden. Het taalbegrip bij deze vorm van afasie is relatief intact. Het letsel bij deze vorm van afasie situeert zich t.h.v. het gebied van Broca.

Bij afasie van Wernicke is de spraak intact. De patiënt spreekt vloeiend en volgt de grammaticale regels van de taal. De inhoud van de spraak is echter zinloos en niet coherent. Bovendien is het taalbegrip aangetast. Het letsel bevindt zicht t.h.v. het gebied van Wernicke.

Broca en Wernicke hersenen

Recente ontdekkingen binnen de neurologie

Reterograde neurotransmissie:   Niet alle neurotransmissie is klassiek (klassieke synaptische neurotransmissie) of anterograad (van presynaptische neuronen naar postsynaptische zenuwcellen). Er bestaat ook retrograde transmissie waarbij postsynaptische neuronen communiceren met presynaptische zenuwcellen. Stoffen die na vrijstelling door het postsynaptische neuron diffunderen om presynaptisch receptoren te gaan activeren en celkernen van de presynaptische zenuwcellen te beïnvloeden.

Extrasynaptische neurotransmissie:   Recent werd ook duidelijk dat er een nieuwe vorm bestaat, naast de klassieke synaptische neurotransmissie, nl. de extrasynaptische neurotransmissie die de klassieke neurotransmissie in belangrijke mate kan moduleren. Bij bepaalde stoffen (glutamaat) genereert de synaptische activiteit ook extrasynaptisch glutamaat om de glutamaatreceptoren (die ook extrasynaptisch aanwezig zijn) te stimuleren (dus niet ter hoogte van het axonuiteinde).

neurotransmissie

IPO | Tielt-Winge

Wersbeekstraat 16A
3391 Tielt-Winge

ipo.tielt.winge@gmail.com

© IPO | Tielt-Winge 2024

Openingsuren

Consultaties:
Op afspraak (ma - do)
ipo.tielt.winge@gmail.com